#EASZ – Interview met twee straffe madammen (New Ethics Magazine, lente 2020)

Dit interview met redacteurs Geertrui Cazaux en Kiki Baaijens stond in New Ethics Magazine #4 (voorjaar 2020).
Toen stond Een Ander Soort Zuster nog in de kinderschoenen. Het boek is er uiteindelijk niet in de zomer gekomen, maar wel op 1 november 2020!

Boek: Een Ander Soort Zuster

Interview met twee straffe madammen

In de zomer van 2020 komt het boek “Een Ander Soort Zuster” uit. Het boek is geschreven en samengesteld door de activistes Kiki Baaijens en Geertrui Cazaux. Het is een interessante verzameling interviews, anekdotes, verhalen en illustraties door vrouwelijke dierenrechtenactivisten. Hét moment om beide vrouwen even aan de tand te voelen.

Dag Geertrui en Kiki, kunnen jullie jezelf even voorstellen?

Kiki: Ik ben Kiki Baaijens, 51 jaar en ik kom uit Nederland. Toen ik veganist werd, 8 jaar geleden, dacht ik meteen “Ik wil hier wel wat mee”. In 2014 zette ik de website veganevents.nl op. Later ook de Belgische versie en een facebookpagina. Het was een plaats waar ik alle evenementen verzamelde. Eerst was dat niet zo veel werk, een tiental uur per week ongeveer. Nadat Facebook zijn regels aanpaste, moest ik alles handmatig gaan invoeren. De uren werk verdubbelden! Niet enkel dat, er kwamen ook steeds meer evenementen. Aangezien ik hier geen inkomsten uithaalde, werd dit steeds minder aantrekkelijk. Nu zijn ze dus enkel nog op Facebook te vinden, zelf voor mensen zonder account. Ik ben nu eigenlijk aan het overstappen van dat werk naar de taak van vertrouwenspersoon in de vegan community in Nederland en een stukje van België.

Hoe ken ik Geertrui? Ik ging vaak naar vegan evenementen in Engeland. Daar heb ik Geertrui ontmoet. Dat was heel toevallig. We kwamen elkaar overal tegen.

Geertrui: De eerste keer was in 2016 op Vegfest in Londen. We schoven allebei aan bij een eetkraampje. Achter mij in de rij hoorde ik mensen Nederlands praten. Zo zijn we beginnen praten met elkaar.

Kiki: Ja, inderdaad. Daarna kwamen we elkaar bij dezelfde lezingen tegen: “Hé hallo. Jij bent hier ook weer!”

Geertrui: Misschien is het interessant voor lezers om te weten hoe jij je rol van vertrouwenspersoon invult.

Kiki: Dat kwam door een congres in Luxemburg, waar ik merkte dat seksisme en racisme binnen de vegan beweging aanwezig blijft. Omdat ik daar wat aan wilde doen volgde ik de opleiding vertrouwenspersoon ongewenste omgangsvormen. Die kennis zet ik in voor mensen die ergens tegen aanlopen, of gediscrimineerd of gepest worden op welke grond dan ook. Zij kunnen in vertrouwen bij mij terecht. Samen pakken wij dit aan. In eerste instantie moeten mensen hun verhaal kunnen doen. Daarna gaan we kijken “Hoe gaan we hiermee om? Wat wil je dat eraan gedaan wordt?” De regie ligt altijd bij degene die het is overkomen. Mijn insteek is wel dat ik wil dat de gemeenschap veiliger en inclusiever wordt. Zo wordt die ook aantrekkelijker voor mensen die nog geen veganist zijn, mensen die nu bijvoorbeeld strijden tegen racisme of voor vrouwenrechten. Die mensen willen vaak niets meer met veganisme te maken hebben wanneer ze in onze beweging geconfronteerd worden met discriminatie. Dat wil ik eruit hebben! Zo wil ik mijn steentje bijdragen. Mensen zijn bij mij te allen tijde welkom! Dan kunnen we samen kijken hoe we de situatie kunnen veranderen.

Geertrui: In de tweede helft van de jaren 1990 werd ik vegetariër. Ik las toen de klassiekers over dierenrechten. Voor mij was literatuur een belangrijke insteek om hierover bij te leren. In mijn academische periode schreef ik mijn proefschrift over mens-dierrelaties in de criminologie. Vegetariër zijn was eigenlijk toen al heel wat. Pas in 2009-2010 heb ik de stap gezet naar veganisme. Ik werkte een tijd aan de universiteit, daarna in de bijzondere jeugdzorg en dan als beleidsadviseur bij de Vlaamse overheid, bij het departement Landbouw. Ik ben nu al een paar jaar fulltime “thuis”, wegens chronische ziekte, waar ik samen met mijn man tientallen dieren verzorg.

Ik schrijf wel nog over veganisme en dierenrechten op m’n blogs. Graswortels.org gaat over veganisme en dierenrechten. Op brugesvegan.com vind je eerder restaurant reviews en wat meer beschouwende artikels. Die blog is meer voor een Engelstalig publiek. In 2018 ben ik ook het platform criphumanimal.org gestart. Daar wil ik de connecties tussen validisme en speciesisme ontdekken. Er staan heel wat interviews met disabled veganisten. Ik wil hen een platform geven. Eigenlijk een beetje met dezelfde insteek als Kiki, maar dan op een andere manier. Mensen met een functiebeperking komen in de beweging vaak niet aan bod of voelen zich gediscrimineerd of achtergesteld. Ik laat hen dan aan het woord. Andere thema’s die ik daar ook aankaart zijn body-shaming en health-shaming. Kiki en ik zitten daar dus wel op dezelfde lijn. Beiden spreken we ons uit tegen verschillende vormen van discriminatie en onderdrukking. Natuurlijk, in de eerste plaats, tegen speciecisme. In de kern beschouw ik mezelf als dierenrechtenactiviste. Sedert anderhalf jaar geef ik nu en dan ook weer wat presentaties.

Op de International Animal Rights Conference in Luxemburg, op Vegfest UK in Londen, op het congres “Veganisme: een inclusieve beweging?” in Rotterdam, op Vegan A’fairs,… Dat is mijn vorm van activisme.

Geertrui en Kiki zitten naast elkaar en kijken beiden naar de camera
Geertrui Cazaux en Kiki Baaijens

Deze zomer brengen jullie het boek “Een Ander Soort Zuster “ uit.
Waarover gaat het precies? Hoe ontstond het idee?

Geertrui: We inspireerden ons op twee andere boeken. “Sister Species” van Lisa Kemmerer is een collectie bijdragen van allemaal vrouwelijke dierenrechtenactivisten. Het andere boek is “Confronting Animal Exploitation” door Kim Socha en Sarahjane Blum, waar het zowel om mannelijke als vrouwelijke activisten gaat. Wij dachten: “Kunnen wij dit niet doen met vrouwelijke activisten uit Vlaanderen en Nederland, die bezig zijn met veganisme?” Er zijn er namelijk een pak. Toch ondervonden we dat het grotendeels de mannen zijn die de aandacht krijgen, de boegbeelden zijn, in de media komen, die het woord voeren, die een platform krijgen. Met het dit boek geven we vrouwen een platform om te kunnen laten weten waarmee ze bezig zijn, hoe zij aan activisme doen, wat hun kijk is op activisme en welke pijnpunten ze ervaren. Ook stellen we ons volgende vragen: Is er seksisme? Is er racisme? Is er validisme in de beweging? En uiteraard kaarten we ook deze pijnpunten aan.

Waarom een boek? Dat kan een historisch naslagwerk zijn. Binnen 10 jaar kan men ernaar teruggrijpen bij de vraag “waar waren vrouwen toen mee bezig?” Digitaal documenteren is erg vluchtig. Online platformen zijn nu natuurlijk belangrijk voor activisme, maar die blijven niet zo tastbaar.

Kiki: (Tegen Geertrui) Jij wilde ook graag een Nederlandse partner in crime.

Geertrui: Inderdaad, ik wilde graag een boek over Vlaanderen én Nederland maken. Als het enkel over Vlaanderen zou gaan, bestond de kans dat het boek een nicheproduct werd. Dus zocht ik uiteraard een Nederlandse partner om dat samen te trekken en mensen te contacteren.

Kiki: Ik was erg vereerd dat je me vroeg.

Geertrui: Aangezien wij op dezelfde lijn zitten rond dit thema, was deze samenwerking een logische keuze. We zijn allebei tegen onderdrukking en radicaal veganist. Daarmee bedoel ik dat we niet enkel voor andere dieren strijden. Alle vormen van onderdrukking hangen met elkaar samen. We strijden voor “total liberation”.

Sommige mensen vinden dat veganisme los moet staan van politiek. Hoe staan jullie hier tegenover?

Kiki: Je politieke voorkeur op het moment dat je veganist wordt, vind ik niet zo heel belangrijk. Ik merkte dat mensen die de stap maken, het denkproces dat hen daartoe leidde vaak verder gaan doervoeren. Je blijft nadenken over hoe het allemaal met elkaar verweven is. Daaraan gekoppeld komt ook politiek. Ze beginnen andere keuzes te maken. In Nederland heb je de Partij voor de Dieren die al behoorlijk groot is. In België heb je nu ook Dieranimal, maar die is nog niet zo gevestigd als in Nederland. Dat zijn vaak de partijen waar je logischerwijze op uitkomt, ook al zijn ze af en toe toch iets te veel op dieren gericht en minder op mensen. Ze zijn wel tegen alle vormen van onderdrukking, dat staat in hun programma’s.
In de praktijk is dat wat minder duidelijk. Veganisme is absoluut politiek! Ik denk vaak “Word eerst maar veganist en dan komt de rest eigenlijk vanzelf wel”. Dat is mijn ervaring tot nu toe. Ik zie ook wel om me heen dat dit niet bij iedereen gebeurt. Sommige mensen blijven ook wel bij extreem rechts hangen, maar dat zijn er, zeker in Nederland, niet heel veel.

Geertrui: Bij veganisme streef je naar een rechtvaardige wereld. Rechtvaardigheid is een ondeelbaar begrip. Je strijdt niet enkel voor dat van dieren. Enkel dat stukje eruit halen, lukt niet. Rechtvaardigheid voor mensen en andere dieren valt onder eenzelfde koepel. Alle verschillende vormen van discriminatie gebruiken dezelfde technieken, zoals objectificatie, verdierlijking en verdingelijking en dezelfde onderdrukkingsmechanismen. Dat kan je gewoon niet los zien van elkaar. Hoe dat zich vertaalt in partijpolitiek, daar spreek ik me niet over uit. Je kunt veganisme niet als iets apolitiek zien, in de ethische betekenis van het woord. Het is een levensstijl, maar het is ook een vertaling van een soort filosofie van hoe je kijkt naar onrechtvaardigheid.

Kiki: Ja, inderdaad. Gelukkig hoef je die keuze nog niet te maken op het moment dat je besluit om veganist te worden.

Geertrui: Dat staat los van hoe je tot veganisme komt. Dat kan namelijk in stappen. Zelf ga ik nooit die stapjes op zich als doel voorop stellen.

Kiki: Ja! Stapjes zijn goed, maar wel doorlopen graag! (lacht)

Geertrui: Mensen kunnen voor hun gezondheid of voor het milieu plantaardig eten en zelfs tot veganisme komen, of via donderdag veggiedag. Ik vind dat allemaal prima. Iedereen bewandelt zijn eigen pad. Uiteindelijk is een rechtvaardige samenleving, niet alleen voor mensen, maar ook voor andere dieren, het einddoel met een veganistische levensstijl als middel. Persoonlijk vind ik het belangrijk dat het doel duidelijk overkomt tijdens acties en campagnes. Als veganisten dat al niet mogen zeggen, wie dan wel?

Welke link(en) zijn er tussen vrouwenrechten en dierenrechten?

Geertrui: Heel wat auteurs schreven hier al over. Boegbeeld voor mij is Carol Adams met “The Sexual Politics of Meat”. Dat boek viert dit jaar zijn dertigste verjaardag, dus er komt een nieuwe editie. De link tussen feminisme en dierenrechtenactivisme wordt hierin duidelijk uitgelegd. Ook tussen seksisme en speciesisme, of hoe vrouwen, net zoals dieren, geobjectiveerd worden. Hoe dezelfde mechanismen daar een rol in spelen. Dat gebeurt in reclame voor vleeswaren bijvoorbeeld. Daar zie je dan vaak naakte geobjectiveerde vrouwen die geconsumeerd kunnen worden. In taalgebruik ook “ze zit goed in het vlees”, “she’s a bitch” of “schoon kippetjes” bijvoorbeeld. Sommige feministen verzetten zich echter tegen het werk van Adams en aanzien het als verraad. Zij willen niet op eenzelfde lijn geplaatst worden als dieren. Net wat ze aankaart eigenlijk. Dat gebeurt in een patriarchale maatschappij. Die vormen van discriminatie steunen op een wereldbeeld dat opgedeeld is in dualiteiten: mannen versus vrouwen, mensen versus dieren, rationeel versus emotioneel, cultuur versus natuur. Vrouwen, dieren, niet-witte mensen, LGBTQ+ mensen, mensen met een functiebeperking worden allemaal aan één kant gezet. Terwijl het de witte cisman zonder functiebeperking is die als meest rationeel wordt aanzien, als het summum in een patriarchale, koloniale maatschappij . Alles wat anders is behoort tot die andere categorie en is hieraan ondergeschikt. In het ecofeminisme worden deze dualiteiten blootgelegd. Die willen we overstijgen.

Kiki: Het boek “Protest Kitchen” van Carol Adams noem ik ook altijd op. Elk hoofdstuk van het boek gaat over een andere vorm van onderdrukking. Er wordt telkens uitgelegd waarom veganisme een evidentie is als je tegen die onderdrukking strijdt. Zowel veganisten als niet-veganisten leren zien hoe het allemaal met elkaar verbonden is. Bovendien is het een heel simpel en leesbaar boek met leuke recepten.

Jullie hebben het zeker al aangehaald, maar misschien hebben jullie nog aanvullingen. Zien jullie nog andere linken met mensenrechten?

Geertrui: Ik wil graag nog iets aanvullen. Het leggen van die link tussen racisme, seksisme, speciesisme of validisme is voor veel personen uit die onderdrukte groepen iets erg confronterends. Mensen willen die zaken niet altijd vergelijken. “Onze onderdrukking is onze onderdrukking en we willen niet vergeleken worden met dieren. ”Aan de ene kant zijn die gelijkenissen in onderdrukking en strijd er wel en er zijn overlappingen. Natuurlijk heeft elke vorm dan weer zijn eigen kenmerken die het anders maken. Racisme is bijvoorbeeld niet exact hetzelfde als seksisme of speciesisme. Ook wil dat niet zeggen dat niet-witte mensen hetzelfde zijn als dieren of als vrouwen. Echter vertonen de mechanismen erachter gelijkenissen. Theoretisch gezien kunnen er analogieën gemaakt worden, maar die analogiën inzetten voor campagnes en activisme is nog een stap verder. Voor veel mensen wordt het shockerend. Op sociale media circuleert bijvoorbeeld volgend beeld: een afbeelding van een zwarte persoon opgehangen aan een boom, naast dat van een varken hangend aan een haak in een slachthuis. Zonder enige context, achtergrond of uitleg. Dat is er los over. Ik begrijp dat het mensen afstoot. Ook problematisch is het feit dat in dergelijke campagnes de strijd van niet-witte mensen en vrouwen wordt voorgesteld als iets uit het verleden. “In het verleden hadden we racisme en seksisme. Dat is nu allemaal aangepakt. Nu zullen we ons eens richten op speciesisme en dieren.” Dat is niet waar! Racisme en seksisme bestaan nog even goed als vroeger. Er zijn wel al verworvenheden, maar we leven nog steeds in een patriarchale maatschappij. Onze westerse kijk op hoe de wereld functioneert is nog steeds erg koloniaal geïnspireerd, en die fout komt vaak voor bij campagnes. Mensen krijgen dan het gevoel dat hun onderdrukking genegeerd wordt of beschouwd wordt als iets uit het verleden. De vergelijkende campagnes komen vaak van organisaties die zich nauwelijks uitspreken tegen racisme of seksisme. Ze gebruiken de onderdrukking van mensen als een soort prop, als een soort vehikel om enkel maar dierenrechten op de agenda te zetten. Hun werking is niet inclusief. Ze zijn niet, of nauwelijks, bezig met een “total liberation” in hun werking of gedachtegoed. In theorie zijn die zaken echter niet los te zien van elkaar. De vergelijkingen gebruiken, blijft dus heel delicaat.

Kiki: Dat kun je alleen maar doen als je mensen uit onderdrukte groepen zelf aan het woord laat. Plus vaak wordt het ook opgelegd vanuit de witte mens. De witte mens zal wel even vertellen hoe de anderen het moeten doen. Zo werkt het gewoon niet. Onderdrukte groepen krijgen in ons boek een platform.

Geertrui: Dat was anderzijds ook niet evident. We hebben geen wetenschappelijke representativiteit nagestreefd, maar wilden wel zo inclusief mogelijk werken. Niet alle groepen zijn even goed vertegenwoordigd in de bijdragen in ons boek.

Kiki: We proberen dat ook met het congres dat we organiseren met Bite Back en de Nederlandse Vereniging voor Veganisme. Mensen krijgen bij ons een platform, zodat ze zelf kunnen vertellen wat zij ervaren.

Geertrui: Het is een tekortkoming van het boek, dat beseffen we. Er is vooral een witte insteek. De dierenrechtenbeweging wordt in Vlaanderen en Nederland gedomineerd door witte mensen en is ook overwegend wit. Al bestaan over dat laatste geen sluitende gegevens. Daar is dus zeker nog veel werk.

Waarom moeten mannen dit boek lezen?

Kiki: Vier op vijf veganisten en activisten zijn niet mannelijk. Toch is de hele vorm en wijze waarop aan activisme wordt gedaan vanuit mannelijk oogpunt bedacht. Ik zou het fijn vinden als mannen beter zicht hebben op wat vrouwen bezighoudt. Ik hoop ook op meer begrip van hen voor de zaken waar wij tegenaan lopen. Zoals het seksisme binnen de beweging en het gevoel van onveiligheid. Mannen zouden zich daarin kunnen verdiepen en hun gedrag aanpassen.

Geertrui: Mannen “moeten” het boek niet lezen , maar we hopen van harte dat ze dat wel gaan doen, natuurlijk. Niet elke bijdrage spreekt over seksisme. Sommige activistes vertellen over hoe zij actie voeren, wat hun inbreng is en hoe ze tot veganisme gekomen zijn. Hun kijk als het ware.Die vrouwen komen bij ons aan het woord. Zo zijn het niet alleen de James Aspey’s, de Joey Carbstrongs of de Earthling Eds die we te horen krijgen. Bij de vraag “Wie is een boegbeeld van debeweging” krijg je vaak een van die drie namen te horen. Het wordt precies een moeilijk vraag wanneer je naar bekende vrouwelijke dierenrechtenactivisten polst. Er zijn er nochtans veel die zich dag in dag uit inzetten voor dieren. Ze verrichten even veel werk, vaker achter de schermen. Is dat zelf gekozen of niet? Dat is ook omdat onze maatschappij zo georganiseerd is, natuurlijk.

Na het lezen van jullie boek, hopen jullie dat mannen beter zien hoe het is voor vrouwelijke activisten om deel uit te maken van de beweging. Mannen kunnen het boek lezen om vrouwen te steunen, helpen en bijstaan. Kunnen ze er voor zichzelf iets uithalen?

Kiki: Zeker! Wanneer mannen die linken zien, wordt de uitleg naar anderen toe gemakkelijker. Ze kunnen bewuster omgaan tijdens het bereiken van andere mensen en zelf proberen niet (meer) bij te dragen aan de mannelijke overheersing. Hun vegan outreach kunnen ze hier ook mee versterken.

Geertrui: Daar sluit ik mij bij aan!

Waarom moeten vrouwen of niet-binaire personen het boek lezen?

Geertrui: We hopen dat het boek zowel voor mannen, vrouwen, als niet-binaire mensen inspirerend kan zijn. Dat het “total liberation” bespreekbaar kan maken binnen onze beweging. Dat men bewust wordt van de interconnecties tussen de verschillende vormen van discriminatie. We hopen dat het voor vrouwen en niet-binaire mensen een motivatie is om zich meer te laten horen, om meer op het voorplan te (durven) treden.

Wat zijn volgens jullie de grootste fouten die gemaakt worden inzake vrouwenrechten bij dierenrechtenactivisten?

Kiki: We kunnen het samenvatten. De schadelijkste fout vind ik de vergelijking met verkrachting. Die is heel hardnekkig en er moeilijk uit te krijgen. Er wordt aan gewerkt. Er komen helaas te veel seksisme, seksuele intimidatie en ongewenste omgangsvormen voor.

Geertrui: Bepaald gebruik van dieren wordt als ‘verkrachting’ omschreven , terwijl het om seksueel reproductief geweld gaat. Het gebruik van deze term is niet alleen feitelijk niet correct (tenzij het om bestialiteit gaat), maar kan kwetsend zijn voor zij die slachtoffer werden van verkrachting.
Een andere delicate kwestie is het in scène zetten van dierenmisbruik tijdens acties. Vaak krijgt de man de ‘daderrol’ en spelen de vrouwen het hulpeloze dier. Taferelen waarbij gedwangvoederd wordt of waarbij ze een brandmerk krijgen bijvoorbeeld. De dominante rol wordt bevestigd en geweld tegen vrouwen én andere dieren wordt genormaliseerd.
Een kleine anekdote: In 2018 had ik op een dierenrechtenconferentie, een gesprek met een mannelijke activist over de connectie tussen de verschillende “-ismes”. Die linken leggen bleek moeilijk. Hij ontkende dat we in een patriarchale samenleving leven. Als voorbeeld sprak ik over het feit dat er op conferenties minder vrouwen aan het woord komen. Die man reageerde: “Ja, maar vrouwen kunnen toch ook hun eigen conferentie organiseren? Waarom doen jullie dat dan niet?!” Hij snapte niet welke barrières vrouwen, en ook andere onderdrukten allemaal moeten overwinnen. Plus welke inspanning velen al moeten leveren om gewoon al zo’n conferentie te kunnen bijwonen, laat staan het te organiseren. Vrouwen hebben het op allerlei vlakken nog steeds moeilijker en moeten meer inspanning leveren om gewoon te kunnen meedraaien. Hij zei ook: “Ja, maar jij bent hier toch en jij geeft toch een presentatie!” Hij zag de vele maatschappelijke en economische hordes die ik moet overwinnen om daar te geraken, en dan nog om een presentatie te geven, niet.

Kiki: Veel vrouwen worden door hun opvoeding geen boegbeelden. We krijgen bevestiging over dingen die we doen die cultureel aanvaard zijn. Als je als vrouw zaken op de achtergrond regelt, krijg je positieve feedback, zoals complimenten. Wanneer een man iets wil zeggen, wordt die ook echt naar voor geschoven.
Ik ben aan het scouten. Wanneer ik een vrouw ontmoet die erg welbespraakt is met een goed verhaal, vraag ik: “Hoe zorgen wij ervoor dat jij op dat podium komt te staan? Wat kunnen we doen om jou zover te krijgen dat je daar wil gaan staan en dat ook doet?” De eerste reactie is dan meestal “Ah nee, dat hoeft voor mij niet. Dat vind ik niet zo leuk.” Echter, het gaat er niet om of je het leuk vindt, het is nodig dat jouw stem gehoord wordt. Het vraagt heel veel bevestiging, input en coaching. Sommige mannen die daar wel staan, kunnen gewoon niet spreken. Toch kost het meer moeite om een vrouw op het podium te krijgen. Zij moeten durven denken: “Het gaat niet om hoe ik het doe. Wel dat ik er sta en dat ik iets interessant ite zeggen heb.”

Geertrui: Heel wat dierenrechtenactivisten vinden dit een afleiding van waar we ons “echt” mee bezig moeten houden. “Gewoon voluit voor de dieren gaan! Al de rest is verloren tijd!” Maar door dat seksisme, en door machtsmisbruik en ander misbruik, haken heel wat vrouwen af. Lisa Kemmerer deed hier onderzoek naar. Het is niet alleen belangrijk voor onze beweging, maar in het algemeen als we een totale strijd tegen onrechtvaardigheid willen voeren. Als we bruggen kunnen bouwen, staan we samen veel sterker.

Welke concrete tips of raadgevingen hebben jullie voor onze lezers om meer aandacht te hebben voor mensenrechten (in de vegan beweging)?

Kiki: Lees het boek “Protest Kitchen”. Wanneer je zelf iets meemaakt, raad ik aan om contact op te nemen met een vertrouwenspersoon. Praat erover! Zorg dat je veilig bent! Spreek je uit!

Geertrui: Inderdaad. Informeer je. Het boek van David Nibert “Animal Rights Human Rights” vind ik ook een absolute aanrader. Op het internet vind je ook heel wat kortere teksten of filmpjes die het onderwerp aankaarten. Wees een ally, een bondgenoot, voor mensen die behoren tot onderdrukte groepen. Steun hen wanneer je ziet of hoort dat het misloopt.

Vanaf juli 2020 vind je “Een Ander Soort Zuster” via www.eenandersoortzuster.org

Update:

Een Ander Soort Zuster kost 13,90€ en is nu te koop in elke boekenwinkel, en ook bij bol.com en boekenbestellen.nl.

En ook te koop bij vegan winkel Tak – a plantbased lifetsyle!

ISBN: 9789090335568

 

Geef een reactie